Le 1er Mai, fète du travail, est aussi ........ « fête du muguet ». Il faut savoir que ........ vente du muguet sur ........ voie publique est interdite mais tolérée le 1er mai, à titre exceptionnel conformément à une longue tradition . Mais d’où vient cette coutume ?

Welk lidwoord past op elk van de drie open plekken?

(De eerste mei, de Dag van de Arbeid, is ook 'feest van het lelietje-van-dalen'. Men moet weten dat de verkoop van het lelietje op de openbare weg verboden is maar op 1 mei bij uitzondering gedoogd wordt conform een lange traditie. Maar waar komt dit gebruik vandaan?)

(Marie-Christine is gedoopt en zij is nog altijd christelijk.)

Marie-Christine a été baptisée et elle est toujours ........ .

(De Franse taal is de vijfde taal van de wereld.)

La langue française est la ........ langue du monde.

Welk woord is geen synoniem van 'l'argent' (het geld)?