|
 |
23069 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||
 |
|
|
|
Antwoorden van 12-08-2024 (niveau 2)
12 AUG 
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 12-08-2024 zo ingevuld:
Les garçons ........ (hebben zich verstopt) derrière le mur du jardin.
se cachent
se sont cachés ont cachése sont cachése cacher = zich verstoppen; (wederkerende werkwoorden worden in de passé composé altijd vervoegd met être en daarom krijgt het voltooid deelwoord ook de meervoudsuitgang)
les garçons se cachent = de jongens verstoppen zich (tegenwoordige tijd)
les garçons ont caché = de jongens hebben verstopt (iets)
les garçons se sont caché: FOUT omdat caché geen uitgang heeft;
Zie ook de pagina wederkerend werkw..
les garçons se cachent = de jongens verstoppen zich (tegenwoordige tijd)
les garçons ont caché = de jongens hebben verstopt (iets)
les garçons se sont caché: FOUT omdat caché geen uitgang heeft;
Zie ook de pagina wederkerend werkw..
(Hij moet erheen gaan.)
Il faut qu'il y ........ .
vaaille alleallaisAprès 'Il faut que...', toujours le subjonctif!
Er had ook kunnen staan: 'il doit y aller' of 'il lui faut y aller'.
'Aille' is de subjonctif/aanvoegende wijs ('aller' heeft een onregelmatige subjonctif).
'Va' is tegenwoordige tijd.
'Allais' is imparfait (eerste en tweede persoon)
Er had ook kunnen staan: 'il doit y aller' of 'il lui faut y aller'.
'Aille' is de subjonctif/aanvoegende wijs ('aller' heeft een onregelmatige subjonctif).
'Va' is tegenwoordige tijd.
'Allais' is imparfait (eerste en tweede persoon)
Est-il ........ (in staat) de leur répondre correctement ?
Welk woord past hier NIET?
aptesusceptible capableen mesure'apte' betekent ook 'geschikt' of 'in staat', maar na 'apte' volgt het voorzetsel 'à'
Zie ook de pagina vaste combinaties.
Ils ont placé ........ (hun spaargeld) en Afrique du sud.
leur monnaieleur revenuleurs économies leurs soldesHet spaargeld = les économies.
Placer = beleggen (als het om geld gaat).
La monnaie = het kleingeld OF wisselgeld.
Les soldes = de opruiming/uitverkoop; le solde = het banksaldo.
Le revenu = het inkomen.
Zie ook de pagina idioom.
Placer = beleggen (als het om geld gaat).
La monnaie = het kleingeld OF wisselgeld.
Les soldes = de opruiming/uitverkoop; le solde = het banksaldo.
Le revenu = het inkomen.
Zie ook de pagina idioom.
TOTAALRESULTAAT:
53% goedUitleg van de kleuren en symbolen:
het juiste antwoord (door jou gekozen)
een fout antwoord (door jou gekozen)
Beter Spellen
Beter Rekenen
NU Beter Engels
NU Beter Duits
NU Beter Frans
NU Beter Spaans
Beter Bijbel
| © 2015 - Martin van Toll Producties en franszelfsprekend.nl NuBeterFrans is mede mogelijk gemaakt door de Sectie Frans van Levende Talen |