MOB-versie | Naar grote versie



Antwoorden van 20-11-2024 (niveau 3)



eerdere test 20 NOV geen latere test beschikbaar
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 3 hebben de test van 20-11-2024 zo ingevuld:



3 000 bénévoles ont replanté plusieurs dixaines de milliers d'arbres dans une zone brûlée par des incendies en juin dernier.

Welk woord is NIET juist gespeld ?



66 % (afgerond)dixaines 
12 % (afgerond)plusieurs
16 % (afgerond)milliers
6 % (afgerond)brûlée

3000 vrijwilligers hebben enkele tienduizenden bomen opnieuw geplant in een gebied dat door branden, afgelopen juni, is afgebrand.
10 = dix
Een 10-tal = une dizaine

Na woorden die een bepaalde hoeveelheid aanduiden volgt altijd 'de', maar niet na getallen.



Zie ook de pagina idioom.



La voiture qu'il vient d'acheter est une voiture ........ , donc pas une voiture d'occasion.

 



1 % (afgerond)nouvel
32 % (afgerond)nouvelle
65 % (afgerond)neuve 
2 % (afgerond)neuf

Une voiture neuve = een nieuwe (pas gekochte) auto
Une nouvelle voiture = een nieuwe auto, in plaats van de oude auto
Deze andere zin maakt het duidelijk: Ma nouvelle voiture n'est pas neuve.
neuf/neuve etc. komen ná het zelfstandig naamwoord, nouveau/nouvelle, etc. ervóór, en soms erachter: art nouveau, beaujolais nouveau (bij vaste uitdrukkingen en wanneer men nadruk aan het bijvoeglijk naamwoord wil geven.
Voiture, auto, bagnole, caisse = auto. 'Bagnole' en 'caisse' komen voor in de spreektaal.
D'occasion, de deuxième main, d'occase = tweedehands. D'occase is spreektaal.

Zie ook de pagina vorm bijv. nw..



(Zij wil graag dat haar neef anders op haar vragen antwoordt  dan met een 'ja' of een 'nee'.)

Elle aimerait que son neveu ........ à ses questions autrement que par 'oui' ou par 'non'. 



4 % (afgerond)réponds
7 % (afgerond)répondra
14 % (afgerond)répond
75 % (afgerond)réponde 

répondre = antwoord geven, beantwoorden
Na een werkwoord dat een wil uitdrukt volgt een subjonctif (aanvoegende wijs): qu'il/elle réponde.
il/elle répond = hij geeft antwoord (tegenwoordige tijd)
'Réponds' hoort bij 'je' of 'tu'.
il/elle répondra = hij/zij zal antwoorden (toekomende tijd)

Zie ook de pagina aanvoegende wijs (subjonctif).



Zwangere vrouwen zijn het beoogde publiek.

Les femmes enceintes sont ........ . 

 



67 % (afgerond)le public ciblé 
10 % (afgerond)le public atteint
3 % (afgerond)le public vu
20 % (afgerond)le public voulu

Je gebruikt het bepaald lidwoord (hier 'les') als allen die bij een categorie horen, bedoeld worden.
atteint = bereikt
vu = gezien
voulu = gewild (kan in deze combinatie niet gebruikt worden)
la cible = het doel(-wit)

Zie ook de pagina idioom.



TOTAALRESULTAAT:
68% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Help | Contact  |  Instellingen  |  


Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel



Martin van Toll Producties
in samenwerking met
Fundgrube Deutsch