04 FEB (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 04-02-2025 zo ingevuld:
Cet animal ........ (heeft moeten) s’adapter au changement climatique.
aurait dû
avait dû
devait a dû
'dû' is het voltooid deelwoord van het werkwoord devoir. De passé composé moet hier gebruikt worden omdat de handeling al is afgelopen (het Nederlandse 'moeten' wordt hier eigenlijk ook als voltooid deelwoord gebruikt!) avait dû = had gemoeten aurait dû = zou (ge)moeten hebben devait = moest
Le film ='il', dus komt er achter de stam van het werkwoord de uitgang 'e'. il commençait = hij begon ils commencera = hij zal beginnen commencer is het hele werkwoord
Il est cinq avant deux.
Il est cinq heures deux.
Il est deux heures cinq. Il est deux heures moins cinq.
Om de tijd aan te geven gebruiken we 'il est': il est deux heures. Minuten vóór het uur: 'moins cinq', 'moins vingt'. Minuten na het uur: 'deux heures cinq', 'deux heures vingt-cinq'.