(Jij spreekt geen Duits.)
(Wij doen de bagage in de auto en vertrekken op vakantie.)
........ les bagages dans la voiture et nous partons en vacances.
Charlotte: j'ai vu un pull magnifique!
Fleur:Tu as vu (deze) ........ pull, dans quel magasin?
In een grote supermarkt wil je een fles mineraalwater kopen. Er is een grote keuze en op een bord staat 'uniquement le lot'.
Wat betekent dat?