Antwoorden van 06-11-2024 (niveau 2)
06 NOV 
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 06-11-2024 zo ingevuld:
Où sont les ........ (boten) pour la Corse?
bateaus
bateaux bateaubâteauxles bateaux = de boten
Woorden op -eau krijgen een X in het meervoud. Daarom is 'bateaus' niet goed.
bateau = boot
'Bâteaux' heeft een ^ en dus is het fout.
Zie ook de pagina meervoud onregelmatig.
Woorden op -eau krijgen een X in het meervoud. Daarom is 'bateaus' niet goed.
bateau = boot
'Bâteaux' heeft een ^ en dus is het fout.
Zie ook de pagina meervoud onregelmatig.
........ (De revalidatie) après l'intervention chirurgicale est déjà prévue.
Le traitement ultérieurLa rééducation La kinésithérapieLa guérisonla kinésithérapie = de fysiotherapie; de fysiotherapeut wordt 'le kiné' genoemd
la guérison = de genezing
le traitement ultérieur = de nabehandeling
prévu(e) = voorzien
NB 'la rééducation' kan ook 'de heropvoeding' betekenen.
Zie ook de pagina idioom.
la guérison = de genezing
le traitement ultérieur = de nabehandeling
prévu(e) = voorzien
NB 'la rééducation' kan ook 'de heropvoeding' betekenen.
Zie ook de pagina idioom.
(Zij heeft meel met twee eieren gemengd.)
Elle a mélangé ........ farine avec deux oeufs.
de la duladesAls je in het Nederlands geen lidwoord gebruikt dan moet je in het Frans 'de' + het lidwoord gebruiken.
'Des' hoort bij zelfstandige naamwoorden die in het meervoud staan.
'Du' hoort bij een mannelijk zelfstandig naamwoord.
la farine = het meel
Zie ook de pagina delend lidwoord.
'Des' hoort bij zelfstandige naamwoorden die in het meervoud staan.
'Du' hoort bij een mannelijk zelfstandig naamwoord.
la farine = het meel
Zie ook de pagina delend lidwoord.
Le weekend dernier, j' ........ (avoir) mal à la tête. Pourtant je ........ (aller) au cinéma avec mes copains.
ai, vaisavais, suis allé avais, allaisai eu, allaisJe gebruikt de imparfait als je een toestand in het verleden (hoofdpijn hebben) beschrijft.
Je gebruikt de passé composé als je een gebeurtenis/handeling in het verleden (naar de film gaan) beschrijft.
Zie ook de pagina voltooide tijd.
Je gebruikt de passé composé als je een gebeurtenis/handeling in het verleden (naar de film gaan) beschrijft.
Zie ook de pagina voltooide tijd.
TOTAALRESULTAAT:
57% goedUitleg van de kleuren en symbolen:
het juiste antwoord (door jou gekozen)
een fout antwoord (door jou gekozen)Help | Contact | Instellingen |
Martin van Toll Producties
in samenwerking met
